Man’ouche verslaving


Omdat we serieuze  culinaire Arabia verslavingen hebben, hebben we geregeld extreem veel zin in bepaalde dingen. Je weet wel: ineens herinneren we ons een zonnige morgen in Batroun, Libanon, waar we ontbijten met onze Libanese vrienden: verse knapperige kruidige man’ouche van het kleine bakkertje om de hoek, of eigenlijk een soort simpele stoffige schuur met een loeihete oven in de hoek. Maar daaruit komen de lekkerste knapperige flinterdunne man’ouche met grote hoeveelheden za’atar (mengsel van wilde tijm, sumak, sesamzaad) met olie erop.

Daar zitten we dan met ‘t water dat ons in de mond loopt, maar dan wel in Amsterdam. Maar…we hebben za’atar thuis. En een geweldige Napolitaanse pizzabakker met een houtskool steenoven om de hoek. Eén en één is twee. Als we voor z’n neus staan met onze za’atar in de hand kijkt hij ons met typisch Italiaanse verbazing aan. (we denken dat onze Libanese bakker net zo zou kijken als we aankwamen met tomatensaus voor zijn man’ouchedeeg). Wat willen we? We willen dit groene goedje gemixt met olijfolie op een superdunne pizza? Ja, precies, dat is precies wat we willen. Hij glimlacht, natuurlijk kan hij dat voor ons doen. Nog geen 5 minuten later kauwen we op onze eigen versie van man’ouche die verdomd veel lijkt op het origineel. Onze Italianen begrijpen het nu heel goed, en schreeuwen met hun mond vol dat het molto bene is. Het enige wat nu nog jammer is, is dat hun oven niet op het juiste moment heet is: namelijk in de morgen!

 

,